Pages - Menu

donderdag 4 oktober 2007

Vandaag de Driebergse Dierendagtocht gefietst. En wat voor publiek daar op afkomt, ongelooflijk. Zo ook het duo Bassie en Adriaan. Maar daarover later meer.

Zondag, 7.30 uur komt ik aan bij de verzamelplaats. Hoewel het nog donker is, rijd ik zonder licht, met achter me een motormuis. Ik verwacht dat hij zou aanhouden, maar niets is minder waar, wellicht had hij het te druk met de stuiterbollen die van één of ander feest afkwamen en midden over de weg liepen. Bij de Industrieweg aangekomen zat Hendy al kleumend in zijn auto, ook kwam John aangelopen, tja en dat was het dan.

Met z'n drieën gingen we op pad naar Driebergen. Daar aangekomen schreven we ons in en gingen op pad. Hendy ging zich vermaken in het bos met de MTB en samen met John ging ik voor de 140 km op de weg. In tegenstelling tot wat ik gewend was viel het mee met de drukte, geen hordes mensen en volle wegen. Het eerste stuk ging door Driebergen(-Rijssenburg) richting Austerlitz. Door het landgoed 'Den Treek', langs de heide naar Leusden-Zuid. De weg was bezaaid met kastanjes en eikels, daarom schoot er her en der wel eens wat weg, tocht bleven we deze tocht gespaard van lekke banden. Hier haalde we een groepje in waarvan één van de fietsers bij ons aansloot, hij vond ons tempo wel lekker.



Via allemaal kleine weggetjes reden we naar het dorpje Achterveld. Op zich stelt het niet zo heel veel voor, maar wat wel opviel was de gigantische Romaanse kerk (zie: informatie over Achterveld ). Langzaamaan werden de weilanden meer afgewisseld door bossen en kwamen we echt op de Veluwe. Langs Krachtighuizen en Putten reden we naar Garderen. Daar was het, met slechts 60 km op teleer tijd voor koffie. De keuze van deze koffiestop was niet erg gunstig, maar ja, koffie, zondag en Veluwe, dat is een lastige combinatie. De koffiestop was bij één of ander 4 sterren hotel. Via de receptie gingen we naar het restaurant. Bestelde koffie en appelgebak (die er wel mocht wezen) en keken verwonderd naar een groep bejaarde VVD-ers die een soort vrindenweekend erop hadden zitten. Inmiddels kwamen we ook in gesprek met onze aanhanger. Hij kwam uit Leiden, en ach fietste wel eens wat.

Voor we op pad gingen nog wel een bezoek aan de WC gebracht. Details zal ik maar achterwegen laten, maar het volgende wil ik je niet laten missen. Die tent was zo Chic dat er op de WC kleine stoffen handdoekjes lagen, na gebruik mocht je ze in een wasmand deponeren. Gelukkig kwamen er geen hordes langs, de handdoekjes waren zo dan zo weggeweest.

Op pad voor het tweede stukje, nou ja we hadden nog zo'n 80 km te gaan. Via de provinciale weg ging het richting Voorthuizen. Met wat draai-en-keer-werk reden we weer een heel stuk tegengesteld. Ook kwamen we weer uit op het punt waar de 110 km er bij kwam. In de verte zagen we wat groepjes rijden. Door het tempo, dat nu zo rond de 34 km/u lag, raapte we heel wat op, maar lieten het merendeel ook meteen weer achter. Op een gegeven moment haalde we een man in met een shirt van 'Witte Kruis', deze kwam van Trias uit Den Haag (vanaf nu: Bassie). Hij sloot meteen aan, kwam vrij snel op kop en reed weer van ons weg, keek om, hield zijn benen stil en sloot weer achter aan. Huh??? Niet veel later haalde we één of ander figuur in (vanaf nu: Adriaan), zonder helm (eikel) en met een GAN-pakje, waar de mottenballen net niet in zaten. Deze 2 gasten bleken bij elkaar te horen en begonnen zich meteen op kop te nestelen, gaven gas, lieten zich afzakken en sloten achter weer aan. Inmiddels haalde we een ander groepje bij, Bassie en Adriaan namen de laatste 10 meter voor zich. Het dichtrijden van het gat had John zijn hartslag naar zulke enorme waarden doen stijgen dat deze effe inhield, zo waren we mooi van Bassie en Adriaan afgekomen. Ik reed effe naast onze Leidse Aanhanger, die meteen begon te klagen over die twee gasten. Ik zei voorspelde hem dat we ze nog wel een keer zouden oprapen.

Bij Achterveld, waar ik weer kon genieten van de andere kant van de kerk, was de tweede rust. Onze Leidse Aanhanger moest even zijn bidon bijvullen. We vervolgde onze weg. Het was nog zo'n 10 km tot de Amerongseberg. En ja hoor, niet veel later haalde we Bassie en Adriaan weer in. Ik besloot ditmaal te gaan pokeren. Ik kroop meteen, met John en de Leidse Aanhanger, in hun wiel en liet ze hun gang gaan. Het ging weer van hard, zacht en zo. Soms demareerde Adriaan, had een gat van 20 meter, keek om en liet zich weer inlopen. Bassie, strontzenuwachtig, keek om, recht in mijn ogen, maar ik nam niet over. We reden via de Haarweg. Aan het einde rechts, richting Amerongen.

Nu was het een kwestie van koel blijven. De Leidse Aanhanger ging wel op kop, maar voerde het tempo niet op. Na een goeie kilometer begon de Amerongseberg. Ik ging meteen op kop en zette de achterdeur open. Stil had ik de hoop dat John en de Leidse Aanhanger, Bassie en Adriaan ook achter zch lieten, maar helaas. John reed verstandig omhoog en keek van achteraan hoe Bassie en Adriaan verwoede pogingen dezdn om bij mij te komen terwijl ik langzaam uit hun zicht verdween.

In Amerongen verstopte ik me achter een heg (ja een echte Vossejachtstreek) en liet eerst de Aanhanger voorbijgaan en niet veel later Bassie en Adriaan, die er niets meer van snapte. Er zat er nog een van het groepje achter hun, maar waar was de rest nou? Ik sloot inmiddels bij John aan, die niet eens verbaasd was, spoedig haalde we ook de Aanhanger bij en reden naar Leersum. In de verte zagen we Bassie en Adriaan, die helaas doorhadden dat ze een pijl voorbijreden en daarom weer bij ons aansloten.

In Leersum was het weer tijd voor klimwerk. Hierbij bleven John en de Aanhanger goed in mijn wiel, in ieder geval zo, dat op het smalle fietspad Bassie en Adriaan achteraan moesten rijden...effe rust. Langs maarsbergen reden we naar Maarn. Bassie vroeg aan mij of het nog ver was? Hij zat er duidelijk doorheen. Ik zei dat het nog een aardig eindje was. In feite was het nog maar een kilometer of 10, en we moesten nog 1 berg over.
Na Maarn was het zover. Adriaan reed op kop. maar lette niet goed op de pijlen. John, wellicht wel bekend hier, reed in mijn wiel, met daarachter de aanhanger. De weg ging over in een smal bosfietspad, waar inhalen onmogelijk was. De klim begon en weer ging de achterdeur open. Eerst was Bassie de pineut, niet veel later Adriaan. Bij het binnenrijden van Driebergen kwam Adriaan er wel weer bij. Hij zei: Ik kom uit Leidschendam, het is voor mij wel een hele tijd geleden dat ik in de bossen heb gereden. Tja Wassenaar is wel erg ver voor hem. Hij ontdekte dat Bassie er niet was en bleef wachten, want het is tenslotte: Zie je Bassie gaan, dan komt Adriaan er aan, en dus bleef hij wachten terwijl wij door reden.

Al met al was het een mooie geslaagde dag. John heeft nog even de puntjes op de i gezet voor de Munsterland Giro, en ik hoop op een zondag Bassie en Adriaan tegen te komen in de duinen, maar dan ga ik ze echt slopen, de Pannenkoeken.












Geen opmerkingen:

Een reactie posten